Judith Quax fotografeerde al ruim tien jaar de gevolgen van migratie van West-Afrika naar Europa, de aangespoelde kleding van migranten die de oversteek waagden, of hoe geliefden op afstand elkaars herinnering levend houden. In haar meest recente project rijdt ze tegen de migratiestroom in, van Amsterdam naar Dakar, om haar zoon Noah kennis te laten maken met zijn Senegalese wortels.
Podcast Kunst is Lang
De schilderijen van Vincent Verhoef zijn schetsmatig en ogenschijnlijk eenvoudig te doorgronden: een wolkje boven een woestijn, een landschap opgetrokken uit drie lijnen en enkele vlakken, of een geel schilderij waarin een wolk van doorboringen zijn aangebracht. Vooral door de combinatie met de titel word je vervolgens verleid op zoek te gaan naar een dieper liggende betekenis.
De projecten van Pieter Paul Pothoven beginnen vaak met een historisch object, die hij van betekenis laat veranderen om - vanuit het heden - een andere relatie met het verleden aan te gaan. Zo werd de houten lepel waarmee zijn opa gevangen zat in de Tweede Wereldoorlog een monument voor de zwijgzaamheid binnen zijn familie. En plaatst de uit VOC-kisten opgetrokken voorgevel van een vergaderadres van activisten RaRa, hun anti-racismeprotest via aanslagen op Makro-magazijnen en Shell-tankstation uit de jaren ‘80 en ‘90 in een breder historisch kader.
Julius Thissen onderzoekt in zijn werk onder meer het begrip mannelijkheid, bijvoorbeeld via performances waarvoor hij in de huid van de stereotype machoman of zakenman kruipt. Naast zijn eigen beeldend werk doet hij artistiek onderzoek en combineert dat met het geven van diversiteitsadvies aan instellingen in de culturele sector.
Iris Kensmil tekent en schildert portretten, vaak van personen die een belangrijke rol speelden in de zwarte, sociale geschiedenis, die in combinatie met hun specifieke tentoonstellingsplek en aanvullende geometrische patronen een installatie vormen. Haar levensgrote portretten van zwarte feministes waren, samen met het werk van Remy Jungerman, de Nederlandse inzending voor de Biënnale van Venetië afgelopen jaar.
Carlijn Kingma noemt zichzelf cartograaf: ze maakt enorme zwart-wit tekeningen waarin ze abstracte geschiedenissen en sociale situaties vertaalt naar architecturale tekeningen, die zich laten lezen als verhaal. Haar nieuwste tekening heeft ze gebaseerd op Rutger Bregmans De meeste mensen deugen en wordt in samenwerking met De Correspondent gepubliceerd.
De collages en animaties van Shertise Solano zijn speels, maar ook macaber: half mens, half dier, met indringende ogen en uitgestrekte klauwen, in onontkoombaar zwart, wit en rood. Het zijn wezens die binnenin haar leven, en die ze leerde kennen toen haar blik door een noodlottige situatie noodgedwongen naar binnen werd gericht.
In het werk van Job Wouters is kalligrafie geen truttig schoonschrift, maar een mengsel van graffiti, oude lettertypes en een flinke dosis psychedelische drugs. Letters golven en vloeien over tot vormen die soms niet meer tot letters te herleiden zijn. Job tekent altijd ergens rond de lijn tussen autonome en toegepaste kunst, zo ook in zijn nieuwste project met schilder-in-crime Gijs Frieling: antieke kasten worden voorzien van bonte, grafische patronen en letters.
In de werken van Raul Balai draait het om het inzichtelijk maken van machtsstructuren: hoe ze doorklinken in de manier waarop het verhaal van de geschiedenis wordt verteld en gereproduceerd, en hoe ze leiden tot de samenleving die we nu hebben. Dat krijgt concreet vorm in bijvoorbeeld de installatie #Ishouldloveyoumorethanpizza, een tempel van dozen waar je een kaarsje brandt voor de tot heiligen verheven pakketbezorgers, of een graphic novel waarin de vraag wordt opgeworpen wie er meer Amsterdammer is: de illegaal die al tien jaar rozen verkoopt, of de kersverse student uit Amersfoort die een woning binnen de ring kan betalen.
Olphaert den Otter schildert al zo’n dertig jaar met de eeuwenoude techniek van ei-tempera, een keuze die hem op de academie wegleidde van de destijds modieuze hang naar vernieuwing. In zijn reeksen onderzoekt hij gestaag, per schilderij, een facet van een bepaald thema, in een beeldtaal die zowel verleidelijk als helder moet zijn. Zijn reeks World Stress Paintings bijvoorbeeld, vereeuwigt vluchtige nieuwsfoto’s op doek, maar dan zonder de mens die voor de aangerichte catastrophe verantwoordelijk is. Wat overblijft is de blik op het landschap en het besef dat de mens zich tegen de natuur heeft gekeerd waar hij zelf onderdeel van is.
Fotograaf Rein Jelle Terpstra interesseert zich voor de relatie tussen fotografie en het geheugen: hij vroeg beeldmakers te vertellen over de foto die ze nét niet konden maken, maar wel in hun geheugen gegrift staat. Ook fotografeert hij de lievelingsbeelden van mensen wiens zicht achteruit gaat, om ze later te kunnen beschrijven en de herinnering levend te houden. En de afgelopen vier jaar was hij veel in Amerika, waar hij door middel van vele honderden amateurfoto’s het beeld van de ‘funeral train’, met het lichaam van de vermoorde presidentskandidaat Robert F. Kennedy er in, wil aanvullen met het perspectief van de kijkers langs de kant.
Rode draad in het werk van Aneta Lesnikovska is manipulatie: haar debuutfilm, gedraaid in de rauwe Dogma-stijl, is deels fictie en deels documentair en drijft op Macedonische acteurs die in de veronderstelling zijn dat ze een internationaal gefinancierde film terechtkomen. En in een installatie in het Stedelijk nam Aneta 15 jaar geleden heimelijk biechten op van Museumnacht-gangers, die ze beloofde pas na 15 jaar openbaar te maken - ongeveer nu.
In de vaak metershoge pasteltekeningen van Jacobien de Rooij golft, wuift en kronkelt de natuur je tegemoet. Door haar verbluffende kleurgebruik en speelse stijl laat Jacobien zien dat landschapswerken allesbehalve truttig hoeven te zijn - al heeft het haar 10 jaar pogingen tot Kunst met een grote K gekost voor ze zichzelf toestond om landschappen af te beelden.
Geert Mul begon als VJ in de Rotterdamse underground techno-scene van de jaren ‘90 en legt al vrijwel zijn hele carrière databases van beelden aan. Een gesprek over hoe het hoofd te bieden aan de onstuitbare beeldenstroom die het internet teweeg heeft gebracht, en hoe zijn werk je bewust maakt van alle processen waarmee kijken gepaard gaat.
Ansuya Blom tekent, schildert, filmt en schrijft over wat normaal gesproken niet op de voorgrond treedt, omdat het niet logisch en rationeel is, of geen definitieve, uitgesproken vorm heeft. Bijvoorbeeld als het gaat om gekte, of om hoe je als mens op zijspoor komt te staan als je toevallig niet de taal spreekt die als normaal wordt gezien. Ansuya krijgt dit jaar de Dr. A.H. Heinekenprijs voor de Kunst.
Farida Sedoc maakt zeefdrukken, collages, installaties en ontwerpt kleding. Haar werk is sterk grafisch en staat in de traditie van straatcultuur, met alle thema’s die daar horen, zoals social justice, protest, politiek en verdomd hippe kleren.
De schilderijen van Lieven Hendriks zijn op het eerste gezicht vooral optische illusies: een beslagen spiegel met vingerstrepen er op, of een monochroom dat verkeerd is opgespannen en wat plooien vertoont. Maar er is meer aan de hand: Lieven wil het proces van kijken, en vooraf gevormde oordelen daarover op losse schroeven zetten.
Germaine Kruip is gefascineerd door licht als materiaal. Of het licht in haar werk nou weerkaatst, wordt weggehaald, of verglijdende schaduwen opwerpt: het gewenste effect is een zorgvuldiger kijken naar het dagelijks leven, waarin veel te ontdekken valt.
De bonte collages van Monika Dahlberg zijn felgekleurd, grappig, soms erotisch, en vaak sinister - de mensfiguren krijgen steevast venijnige zaagtandjes en Mickey Mouse-oren. Die wonderlijke wereld op papier krijgt ook online vorm: op social media stuurt Monika een constante stroom van kunst, memes en selfies op je af. Toch is niet al haar werk lollig bedoeld, bijvoorbeeld het leger van Afrikaanse houten beeldjes die ze wit verfde en van Mickey-oren voorzag.
Eva Meijer is behalve kunstenaar ook schrijver en filosoof, en doet onderzoek naar een politieke stem voor dieren. Ze is gefascineerd door het idee dat de taal die je gebruikt, bepalend is voor hoe je de werkelijkheid ziet. Een gesprek over kritisch kijken naar een wereld die zichzelf als logisch presenteert, ruimte laten voor het onbekende en je bewust zijn van de macht van taal.